Bijen kunnen van de raten verwijderd worden door afstoten van de raten of af te slaan. Dat kan een imker op verschillende manieren doen, maar kijk voor het afstoten altijd even of de koningin op het raampje zit. Zet haar zo nodig over op een ander raam in de kast.
Het raam wordt aan een oortje met een hand stevig vastgehouden. Met de muis van de andere hand wordt met een stevige slag gegeven op de hand waarmee de raat wordt vastgehouden. Het raam wordt daarbij zo laag mogelijk boven het midden van de geopende kast gehouden, zodat er geen bijen naast de kast terecht komen. Dit is vooral van belang voor de huisbijen, die nog niet kunnen vliegen. Als hulpmiddel kan een lege broedkamer op de kast geplaatst worden.
Het raam wordt in de kast afgestoten, nadat er tussen de raten ruimte is gemaakt. Het raam wordt daarbij met beide handen, die tot vuisten gebald zijn, vastgehouden aan de oortjes. Door met de muis van beide handen een keer stevig op de rand van de kast te stoten, vallen de meeste bijen van het raam. Het raam wordt daarbij scheef in de ruimte van de kast gehouden. Door de schok worden de bijen in de kast onrustig, maar door snel te werken blijft de verstoring gering.
Het raam wordt met twee handen, met de oortjes tussen duim en vinger vastgehouden. De handen worden daarbij niet tot vuisten gebald. Door een snelle, krachtige neerwaartse beweging uit de losse pols ontstaat een schok die de bijen van de raat doet vallen. Jonge bijen houden zich beter vast aan de raat dan oudere bijen en blijven bij licht afstoten op de raat zitten. Omdat jonge bijen door een ander bijenvolk altijd worden geaccepteerd, kan de imker door licht afstoten, uitlopend broed met de daarop zittende jonge bijen overhangen in een andere bijenkast.