Bijenkasten: welke bijenkast kan je het beste kiezen?
Bijenkasten zijn er in veel soorten en maten en gemaakt van verschillende materialen, maar wat zijn nu de voor en nadelen en hoe maak je een goede keuze uit al die verschillende bijenkasten?
Inhoudsopgave
- Welke eisen stellen bijen aan bijenkasten?
- Waaraan moet een bijenkast voor de imker voldoen?
- Soorten bijenkasten
- Stapelkasten
- Opbouw moderne bijenkast
- Spaarkast
- Dadantkast
- Dadant Blatt of Dadant US?
- Bijenkasten voor natuurlijk imkeren
- Toplattenkast
- Warré kast
- Materialen waarvan bijenkasten gemaakt worden
- Houten bijenkasten
- Kunststof Segeberger bijenkasten
- Durf te kiezen!
- Welke bijenkast is de beste?
Welke eisen stellen bijen aan bijenkasten?
Van nature bouwen honingbijen hun nest in een boomholte. De bijen maken de raten vast aan het plafond en zijwanden van de nestholte. Bijen stellen niet veel eisen aan hun woning. Een nestholte moet in ieder geval droog zijn en voldoende ruimte bieden. De inhoud van natuurlijke nestholtes waarin bijenvolken leven varieert tussen 30 en 60 liter. Bij de keuze van een natuurlijke nestholte geven bijen de voorkeur aan een holte met een inhoud van 45 liter. Dit blijkt uit onderzoek onder wilde bijenvolken in boomholtes door Thomas Seeley. Bijenkasten moeten tenminste aan deze eisen voldoen, maar ook praktisch zijn in het gebruik voor de imker.
Een bijenkast is eigenlijk een stuk gereedschap van een imker.
Waaraan moet een bijenkast voor de imker voldoen?
De belangrijkste eigenschappen waaraan een bijenkast moet voldoen voor een imker zijn:
- De raten moet je er makkelijk uit kunnen halen voor inspectie
- Je moet in een bijenkast kunnen werken zonder bijen te kwetsen.
- De bijenkast moet duurzaam zijn en in de open lucht kunnen staan.
Het laatste punt vraagt misschien om uitleg. Vroeger waren bijenstallen algemeen in gebruik om de bijenkorven van stro te beschermen tegen weer en wind. Met een bijenkast moet je in staat zijn zonder stal of overkapping te werken. Je hebt dan veel beter zicht op je werk!
Een bijenkast moet dus vooral praktisch zijn. Wat praktisch is hangt af van hoe je wil imkeren. Reis je veel met je bijen naar drachtgebieden of voor bestuiving? Heb je vruchtbare koninginnen die grote volken maken? Speelt esthetiek een rol omdat je bijenkast in de achtertuin staat? Of is er een bijenkast die aan alle eisen voldoet?
Soorten bijenkasten
Er zijn verschillende kasttypen te koop. Namen die je tegen kan komen zijn Langstroth , Dadant, Spaarkast. Elk land lijkt wel zijn eigen voorkeur te hebben. Afhankelijk van het land is is een bepaald type bijenkast min of meer ingeburgerd:
- Noord-Amerika: Langstroth bijenkast
- Frankrijk: Dadant Blatt bijenkast
- Nederland: Spaarkast
Al deze moderne bijenkasten zijn stapelkasten.
Stapelkasten
Ondanks de verschillen in afmetingen en vorm, hebben ze een ding gemeen. De overeenkomst van alle moderne bijenkasten is dat ze stapelbaar zijn. Je kan naar behoefte de bijenkast uitbreiden met een extra broedkamer of honingkamers. Zo kan je het volume van een kast aanpassen aan de groei van het bijenvolk en de hoeveelheid honing die ze maken.
Opbouw moderne bijenkast
Laten we eerst eens kijken hoe moderne bijenkasten zijn opgebouwd. Een moderne bijenkast bestaan uit:
- bodem
- broedkamer(s)
- moerrooster (of koninginnerooster)
- honingkamer(s)
- dekplank
- dak
De bodem is de basis van een bijenkast. In de bodem zit de vliegopening. Vanaf de bodem bouw je een bijenkast op. Op de bodem zet je een of meerdere broedkamers. In de broedkamer heeft de koningin de ruimte om eitjes te leggen. Op de broedkamers zet je een of meerdere honingkamers waarin het bijenvolk de honingvoorraad kan opslaan. Tussen de broedruimte de honingkamer leg je een moerrooster. De koningin kan dan geen eitjes leggen in de honingzolder. Dat is makkelijker als je honing wil oogsten. Een dekplank sluit de bovenste kamer af. Tenslotte komt er een dak die de kast beschermd tegen inregenen.
Nu je weet hoe een bijenkast is opgebouwd laat ik je de verschillen zijn tussen de verschillende kasttypen die in Nederland worden gebruikt.
Spaarkast
In Nederland zijn spaarkasten de meest gebruikte bijenkasten. Spaakastonderdelen daarom zijn goed verkrijgbaar. Spaarkastonderdelen zijn onderling uitwisselbaar. Tenminste als de timmerman zich aan de maten houdt 😉
Het grote voordeel van de spaarkast is zijn uniformiteit!
Dat maakt het imkeren met spaarkasten heel plezierig! De kastonderdelen zijn compact en goed hanteerbaar. In een broedkamer van een spaarkast passen tien broedkamerramen. Elke broedkamerraam heeft ruim 5000 cellen. Volgens Jurgen Tautz heeft een middelgroot bijenvolk 100.000 cellen nodig om een nest te vormen. Dat komt overeen met ongeveer twintig broedkamerraampjes. Een middelgroot bijenvolk heeft daarom genoeg aan twee broedkamers met elk 10 raampjes. Met een dubbele broedruimte heeft een bijenvolk voldoende ruimte voor het broednest én voedselopslag. Naar behoefte kan je een spaarkast met een of meer honingkamers uitbreiden om meer ruimte te geven voor het opslaan van nectar en honing.
Een standaard spaarkast heeft een plat dak. Het dak gebruik je als werkblad. Wanneer je in een bijenkast werkt zet je de balg beroker op het dak van de kast ernaast. Ik gebruik het dak ook om aantekeningen op te maken. Uit esthetische overweging kan je ook kiezen voor een chaletdak of zadeldak. Als je een bijenkast in de tuin hebt staan kan dat een belangrijke overweging zijn. Zo combineer je de voordelen van een spaarkast met de klassieke uitstraling van een Engelse tuinkast.
In Duitsland en het Verenigd Koninkrijk gebruiken imkers bijenkasten die erg veel lijken op de spaarkast. Alleen de raammaat is een klein beetje anders. Blijkbaar voldoet dit type bijenkast aan de klimatologische omstandigheden van noord-west Europa.
Dadantkast
Onder Nederlandse Buckfastimkers zijn Dadant bijenkasten populair. Zij zijn geïnspireerd door de ervaringen van Broeder Adam, de grondlegger van de Buckfastbij. Jarenlang heb ook ik met Dadant bijenkasten geïmkerd, maar ik heb geen verschil in ontwikkeling van het bijenvolk of honingopbrengst kunnen waarnemen in vergelijking met andere bijenkasten. De Dadantkast heeft wel en groot imkertechnisch voordeel: je hebt maar een grote broedkamer nodig. Dus geen 20 ramen zoals bij de spaarkast, maar slechts 1 broedkamer met 10 tot 12 ramen. Als je het broednest gaat inspecteren hoef je daarom maar een broedkamer te controleren in de plaats van kleinere broedkamers. De grote broedkamerramen met korte oren vind ik wel moeilijker te hanteren dan de kleinere spaarkastamen. Bovendien hebben spaarkastramen meer houvast door de lange oren. Een ander nadeel vind ik het gewicht van Dadant honingkamers. Als deze goed gevuld zijn met honing zijn ze niet meer te tillen!
Dadant Blatt of Dadant US?
Op de oorspronkelijk Dadantkast (meestal Dadant US genoemd) zijn allerlei variaties bedacht. Zo is er Dadant Blatt met een afwijkende raammaat en dadantkasten met 10, 11 en 12 ramen. Elk type heeft weer andere buitenmaten. Weg uniformiteit! Dat maakt uitwisselen praktisch onmogelijk. Juist de uniformiteit van de spaarkast vind ik een groot voordeel.
Voordelen Dadantkast
- Eén grote broedkamer bespaard werk.
Nadelen Dadantkasten
- zwaar
- ramen lastiger te hanteren
- geen uniforme maten
- niet algemeen verkrijgbaar
Bijenkasten voor natuurlijk imkeren
De laatste jaren komt natuurlijk imkeren meer in zwang en sommige imkers menen dat je daarvoor een speciale bijenkast nodig hebt: een toplattenlast (top bar hive) of Warré kast.
Toplattenkast
De toplattenkast is een horizontale kast met schuine zijwanden. Er hangen geen ramen in, maar alleen toplatten die het plafond vormen van de nestruimte. De bijen bouwen de raten direct aan de toplatten. In een toplattenkast wordt dus geen gebruik gemaakt van kunstraat. Als de raten niet aan de zijwanden worden vastgemaakt zijn de raten er uit te halen voor inspectie. De nestruimte kan niet uitgebreid worden. Er kunnen geen honingkamers geplaatst worden. De warmtehuishouding in een horizontale bijenkast zoals de toplattenkast is zeer slecht.
Warré kast
De Warré kast bestaat uit stapelbare kastdelen met elk acht toplatten. De bijen bouwen vanaf de toplatten de raten. In een Warré kast wordt dus geen gebruik gemaakt van kunstraat. Als je de ruimte wilt uitbreiden voeg je van onderen extra kamers toe. Bijen bouwen de raten vast aan de wanden waardoor het lastig is als je de raten wil inspecteren.
In natuurbouw bijenkasten zouden bijenvolken zich natuurlijker ontwikkelen. Ik vind dat niet terecht! Hoewel het best leuk is om bijen te houden in een speciale bijenkast, is het niet natuurlijker dan in een standaard bijenkast. Op een natuurlijk manier bijenhouden kan je in elke type bijenkast. Als je maar rekening houdt met het natuurlijke gedrag van een bijenvolk. Met een natuurbouwkast kan je zuivere bijenwas winnen, maar dat kan ook met natuurbouw in elke andere bijenkast.
Voordelen natuurbouwkasten
- met natuurbouw kan je zuivere bijenwas winnen (maar dat kan ook met elke andere bijenkast)
- zeer goede warmte huishouding (geldt alléén voor de Warré bijenkast)
Nadelen natuurbouwkasten
- raten zijn kwetsbaar (toplattenkast)
- slechte warmtehuishouding (toplattenkast)
- raten zijn er lastig uit te halen voor inspectie (Warré kast)
- nestruimte is niet uit te breiden (toplattenkast)
Materialen waarvan bijenkasten gemaakt worden
Bijenkasten kunnen van uiteenlopende materialen worden gemaakt. De meeste bijenkasten zijn van hout, maar ook kunststof kasten zie je steeds meer.
Houten bijenkasten
Hout is het meest gebruikte materiaal om bijenkasten van te maken. Vooral red cedar is een geliefde keuze. Red cedarhout rot niet, is licht in gewicht en trekt niet krom. Het hout is van nature zo weerbestendig dat verven niet nodig is. Red Cedar bijenkasten zijn daarom duurzaam. Wil je de bijenkast toch extra bescherming geven gebruik dan een bijenvriendelijke verf. Behandel je red ceder bijenkasten niet dan zal het hout in de loop van de jaren door weersinvloeden vergrijzen. Andere naaldhoutsoorten zijn minder geschikt en hebben meer onderhoud nodig. Wil je de levensduur van je bijenkast verlengen verf dan de buitenkant van de kast met bijvriendelijke verf. Een bijenkast verf je alleen aan de buitenkant omdat de bijen de binnenkant met een laagje propolis bedekken.
Voor het vochtige Nederlandse en Belgische klimaat is een red cedar bijenkast de beste keuze.
Kunststof Segeberger bijenkasten
Vanuit Duitsland is bijenhouden in kunststof Segeberger bijenkasten overgewaaid naar Nederland. Segeberger bijenkasten zijn van hard Styropor. Voordelen zijn de lage prijs en het lage gewicht in vergelijking tot houten bijenkasten. Dat laatste is echter betrekkelijk, want als de kast gevuld is met ramen, bijen, broed en honing is het bij elkaar toch nog een heel gewicht! Hoewel bijenkasten van Styropor weerbestendig is zal het materiaal door weersinvloeden gaan poederen en verkleuren door groei van schimmels en algen. Wil je dat niet, verf de kast dan in een mooi kleurtje met bijvriendelijke verf.
De hoge isolatiewaarde is een voordeel van Segenberger bijenkasten. In kunststof bijenkasten broeden bijenvolken ook in de kantramen. In mijn houten bijenkasten heb ik dat echter nog nooit gezien. Ondanks dat kunststof bijenkasten van hard Styropor zijn gemaakt, beschadigen ze toch snel. Als nadeel wordt warmlopen van een bijenvolk in een kunststof bijenkast genoemd bij het reizen, zelf heb ik dat nooit in mijn kunststofkasten gehad. Ik denk dat het eerder ligt aan de onzorgvuldigheid van de imker dan aan de bijenkasten.
Een groot nadeel van kunststof Segebergerkasten is de sponning in de kamers. Door de sponning staan de kasten in elkaar in plaats van op elkaar. Door deze sponning is er veel meer risico dat je bijen kneust of plet bij het terugplaatsen van een kamer. Een ander groot nadeel van een sponning is dat je de bovenste broedkamer niet kan kiepen. Dat is een groot imkertechnisch nadeel. Als je de bovenste broedkamer wel kan kiepen kan je de onderlatten snel te inspecteren op zwermcellen.
Segeberger bijenkasten hebben hun uiterlijk niet mee. Door de plompe vorm zijn ze niet echt esthetisch. Als je ze in je tuin of in het zicht hebt staan kan dat een belangrijke overweging zijn. Bijenhouden in kunsstofkasten kan ook een gevoel van onbehagen opwekken omdat kunststof het niet past bij een natuurhobby.
Voordelen Segeberger kunststofkast
- licht gewicht
- hoge isolatiewaarde
- maatvast
Nadelen Segeberger kunststofkast
- kwetsbaar
- meer kans op gekneusde en dode bijen
- broedkamer kan je niet kiepen voor zwermcontrole
- onesthetisch
- onnatuurlijk
Durf te kiezen!
Als je kiest voor een bepaalde bijenkast, blijf daar dan ook bij! Niets is vervelender dan verschillende bijenkasten met verschillende soorten raampjes, moerroosters en andere kastonderdelen die onderling niet uitwisselbaar zijn. Laat je door niemand wijsmaken dat een bijenvolk in een andere bijenkasttype dan waarvoor jij gekozen hebt beter af is. Voedselaanbod, ziekteresistentie en weersomstandigheden hebben veel meer invloed op de ontwikkeling van een bijenvolk dan de bijenkast waarin ze leeft.
Welke bijenkast is de beste?
Is er wel een beste bijenkast? Ik heb succesvol bijen gehouden in dadantkasten, spaarkasten, kunststof Segebergerkasten en topbar hives (toplattenkast). Alle kasten voldoen voor bijen! De keuze voor een bijenkast is een persoonlijk keuze! Het is een keuze die afhangt van wat jij prettig vindt werken en wat goed verkrijgbaar is. Bijenkasten moeten voldoen aan de eisen die bijenvolken eraan stellen (voldoende ruimte en droog) als je aan die randvoorwaarden voldoet maakt de vorm of type bijenkast niet uit. Dat is een keuze die je zelf maakt. Als je een kast koopt, kies dan de beste die je kan veroorloven. Ik raad je aan om voor een een red cedar spaarkast te kiezen. Waarom? De voordelen op een rijtje:
- een spaarkast is goed hanteerbaar.
- spaarkast onderdelen zijn goed verkrijgbaar.
- spaarkast onderdelen zijn onderling uitwisselbaar.
- het volume van spaarkasten is makkelijk aan te passen aan het bijenvolk.
- De spaarkast heeft zich al tientallen jaren bewezen.
- red cedar is duurzaam.
- red cedar heeft een laag soortelijk gewicht.
- red cedar is van nature weerbestendig.
Heeft een spaarkast dan geen nadelen? Zeker wel. Het grootste nadeel vind ik dat je een spaarkast niet in warmbouw kan bijenhouden. Bij warmbouw hangen de ramen evenwijdig aan de vliegopening. In een spaarkast hangen de ramen in koudbouw. De ramen hangen dan loodrecht ten opzichte van de vliegopening. Warmbouw heeft een groot imkertechnisch voordeel. Als je ramen uit de bijenkast haalt is dat bij warmbouw ergonomisch.
Gelukkig is dit nadeel niet onoverkoombaar. Je kan het eenvoudig zelf oplossen. Zet de kasten niet op een rij, maar in paren. Je werkt dan niet achter de kast, maar aan vanaf de zijkant. Probeer het zelf eens uit en ontdek het verschil!